Page 19 - Bladerboek
P. 19

Memoires’ van Marc Spandel (Deel 2: Er zit overal onkruid tussen het koren.)


                             Hoofdstuk   4:  Het ‘spel’ begon met een diepe decolleté.

            Tja… als je gemachtigd opzichter bent aan een kleuter- en lagere school, tijdens de uren
            dat de kinderen naar school worden gebracht of afgehaald worden, dan is het normaal
            dat er op die momenten veel moeders de revue passeren hé!

            Als er op 1000 moeders 999 zijn die je inzet voor de veiligheid van hun kinderen
            zichtbaar waarderen, kan er ook altijd wel eentje tussen zitten die jaloers is op die

            waardering, of die van jou iets méér verlangt om een of andere reden.

            Voor mij is tijdens die taak echter iedereen gelijk. Alle deelnemers aan het verkeer op
            die plaats en op die momenten bekijk ik in feite als objecten (kinderen, ouders,
            autoverkeer, prioritair verkeer).
            Ik moet dan continu overzicht houden en deze ‘objecten’ in goede banen proberen
            begeleiden met het doel de veiligheid zo goed mogelijk te garanderen en ongelukken

            100% te proberen vermijden.
            In feite houd ik tijdens die taak dus geen rekening met ‘wie’ die objecten zijn en zal
            zoveel mogelijk ‘neutraal’ reageren op de verkeerssituatie van het moment, eender wie
            die kinderen, ouders, autobestuurders enz. ook mogen zijn. Dit geldt even goed voor
            politiewagens die niet prioritair rijden. Ik zie dan enkel de verkeerssituatie, auto’s en
            mensen, en een eventuele ontstane chaos die ik moet oplossen.
            Dit is er de oorzaak van, dat soms ook eens een niet- prioritair rijdende politiewagen
            door mij werd gestopt via mijn C3 bordje (valt niet in goede aarde bij mensen zoals

            Flupke die zich wat méér voelen dan een gewone burger).

            Het was putje winter…
            Er was logisch gezien niet veel ‘speciaals’ te zien want het vroor dik onder nul, er zat een
            ijzig windje, en de moeders waren dik ingepakt van kop tot teen met de nodige truien,
            jassen, mutsen en sjaaltjes.


            Plots was ze daar … een op zijn minst ‘speciale’ verschijning in dat ijzige toneel. Deze
            mollige dame geef ik in dit boek de naam Sydonia.
            Bibberend van de kou staken al die totaal ingepakte moeders, vaders, en kinderen voor
            mijn neus de straat over op dat zebrapad…






                                                                                                              18
   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24