Page 44 - HOOFDPERSONEN IN DE ZAAK DE LAERE
P. 44

29. ENKELE AANMERKINGEN OP EEN REEDS BETWIST VERSLAG.

                    Voor de onderzoeksrechtmacht bleken de besluiten van dit deskundig verslag dus voldoende
             om Frans De Laere te beschuldigen van moord op de persoon van Jeannette Standaert.
             Reeds op negen september vorderde de Procureur- generaal bij het Parket van het Hof van Beroep
             te Gent de beklaagde Frans De Laere te verzenden naar het Hof van Assisen der provincie Oost-
             Vlaanderen om er volgens de wet gevonnist te worden.
             De onderzoeksrechtmacht oordeelde het dus niet noodzakelijk rekening te houden met een reeks
             elementen waarvan het belang nochtans door niemand kan geloochend worden.

             Welke zijn die elementen ?

             1. Uit het verslag van de wetsdokters Piret en Duerinckx herinneren we ons nog dat het slachtoffer
             op het hoofd een soort pruik droeg, een echt kussentje welke "de slagen heeft getemperd".
             Bij de proefslagen op de proefschedels werd geen rekening gehouden met deze weerstand vermits
             de twee deskundigen dit niet wisten.

             2. Volgens het deskundig verslag vertoonde de schedel van het slachtoffer stevig gebeente van
             gemiddeld 5 tot 6 millimeter dikte.
             W as het gebeente van de proefschedels even stevig en even dik ? Werd er rekening gehouden met
             de ouderdom van de proefschedels ?

             3. Het deskundig verslag vermeldt niet dat de bijl van 17 april 1944 tot 19 oktober 1948 al dan niet
             gebruikt werd in het gezin De Laere. Het verslag zegt enkel : "de bijl vertoont, vooral aan de
             randen, sporen van veelvuldig gebruik".
             Volgens Dr. Piret op 27 mei 1956 voor het Hof van Beroep te Gent evenwel getuigde zou de bijl
             slechts het wapen van de misdaad kunnen zijn op voorwaarde dat ze sedert 17 april 1944 niet meer
             gebruikt was geworden tot de dag van de expertise, wat geenszins het geval is. Waarom liet
             Dr. Piret deze vaststelling indertijd niet akteren in het deskundig vers1ag dat door de
             Prof. Bessemans en Thomas was opgesteld ?

             4. Het verslag meldt ook dat de breukhaard op de schedel die de dood voor gevolg had 27 mm op
             25 mm bedroeg, wat evenmin overeenkomt met de afmetingen opgegeven in het verslag
             Piret- Duerinckx (breuk van 22 op 20 mm).

             5. Uit de ingestuurde onkostenstaat van de professoren Bessemans en Thomas blijkt dat zij slechts
             een uur aan het onderzoek van de bundel (hen bezorgd door de onderzoeksrechter) hebben besteed
             en slechts tweemaal zijn samengekomen om te beraadslagen, de eerste maal gedurende drie uur op
             1 mei en de tweede maal op 10 juli eveneens gedurende drie uur, ditmaal voor het opstellen van
             hun verslag.
             Niemand zal bovendien ontkennen - en zeker niet de deskundigen - dat het uiterst moeilijk is proef-
             slagen op schedels precies in dezelfde voorwaarden toe te brengen als deze waarin de schedelbreuk,
             in dit geval bij Jeannette Standaert, werd veroorzaakt.
             Zulks vereist trouwens dezelfde slagbeweging, dezelfde kracht, dezelfde schedelweerstand en
             vooral dezelfde trefhoek, wat praktisch volkomen uitgesloten is.








             44
   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49