Page 87 - Inleiding
P. 87
Memoires’ van Marc Spandel (Deel 1: de werkvloer)
Nog een voorbeeld…
Ik was dus als gespecialiseerd en ervaren lasser door de RVA- bediende aan die werkgever
‘geschonken’ onder de noemer van ‘lasser in opleiding’ (goedkope beginneling).
Plots werd me gevraagd een aantal foto-lassen te maken op proefplaten. Deze zouden dienen
om mijn competenties als gespecialiseerd lasser te kunnen aantonen.
Er was een speciale opdracht binnen gekomen en daar mochten alleen gekwalificeerde lassers
aan werken. De klant had gevraagd om de competenties van de lassers te bewijzen en deze
moesten daarom een recente geslaagde RX- gecontroleerde proef kunnen voorleggen.
Ik blij natuurlijk dat ik nog eens een ‘serieus’ laswerkje mocht doen en dus maakte ik met
plezier een aantal foto- lasproeven in de veronderstelling dat ik het verwachte hoog kwalitatief
laswerk zou mogen uitvoeren.
Ik had deze proeven (RX- gecontroleerd door AIB Vinçotte) dus met succes aangemaakt maar ik
verstond er mij achteraf niet aan, dat dit serieuze laswerk mocht gedaan worden door
goedkope amateur- lassers die nooit in een serieuze lasproef zouden kunnen slagen, en niet
door mij.
Wat was er in feite gebeurd?
Ik had dus een aantal goede foto- lasproeven gemaakt en de werkgever had op die proeven
niet ‘mijn’ naam ingeslagen, maar de namen van enkele amateurlassers, zodat het de ‘schijn’
gaf dat ‘zij’ specialisten waren die deze proeven hadden gemaakt.
Ik was immers maar ‘in opleiding’.
De werkgever had deze vervalste ‘goede’ proeven aan de klant voorgelegd om de opdracht te
kunnen binnenrijven en het was hem gelukt. De klant (en zijn verzekering) waren overtuigd en
de zaak was rond voor de oplichter!
Vervolgens liet hij dit laswerk doen door zijn zogenaamde ‘specialisten’. Of de klant het later
niet nodig vond om toch maar eens dit (verzekerde) laswerk te checken weet ik dus niet.
Grappig was mijn protest tegen de manier waarop hij ons als dommeriken bleef behandelen.
Ik had al ondervonden dat we voor allerlei kuiswerk geen gewone vodden kregen, maar ook
regelmatig allerlei in zijn huishouden afgekeurde stukken kledij die door normale mensen
gewoon in de vuilbak zou gedeponeerd worden.
86