Page 84 - Inleiding
P. 84

Memoires’ van Marc Spandel (Deel 1: de werkvloer)

        Omdat ik geen eindejaarspremie had gekregen, ging ik er om vragen bij de werkgever.
        Misschien was hij het vergeten of was er administratief iets misgelopen….


        Hij weigerde consequent om die wettelijk verplichte premie aan mij uit te betalen!
        Bij navraag onder de collegae kwam ik te weten dat zij deze wettelijk verplichte premies nog
        nooit hadden gekregen. Ook het feit dat er een wettelijk aantal betaalde verlofdagen bestond
        wisten ze niet, en van dit soort onwetendheden kon die intimiderende werkgever dus
        gemakkelijk extra profiteren van zijn personeel dat aan het minimumloon wilde blijven werken
        (in het zwart enz.) uit schrik voor ontslag.

        Als rechtgeaard persoon ging ik bij deze werkgever verhaal halen over dit feit. De reactie was,

        dat als ik niet akkoord was, ik het maar moest afbollen en dat ik over deze misbruiken en
        (verlof)diefstallen mijn mond moest houden tegen de rest.
        Dan kende hij braaf Spandelke zijn karakter niet hé. Ik ging ‘direct’ via de vakbond dat ‘spelleke’
        eens rechtzetten!

        In de vakbond verschoten ze dus van deze toestanden. Omdat ik niet alleen voor mezelf

        opkwam maar ook voor àlle misbruikte collegae, en omdat deze geen vakbond hadden uit
        schrik voor ontslag, werd mij de vraag gesteld om zoveel mogelijk collegae rond de tafel te
        krijgen in het plaatselijke vakbondskantoor, voor een verhoor door de vakbondssecretaris rond
        deze mistoestanden .

        Het was uiteraard een heel moeilijke opdracht om alle bange collegae zover te kunnen krijgen.
        Het lukte echter wonderwel om de meesten te overtuigen als ik met het argument kwam dat
        ze voor x- jaren achterstallige premies konden krijgen. In die tijd tot +- 20000 bef per persoon.

        Dit was in hun ogen dus een jackpot hé!
        Ik slaagde er in om een datum en uur vast te leggen waarbij de meeste collegae aanwezig
        konden- en wilden zijn voor een gesprek in het vakbondskantoor nà de werkuren.

        De baas kwam dit via een lafaardje snel te weten natuurlijk en dat hij razend werd is te
        begrijpen hé!
        “Dan gaat mijn zaak naar de vaantjes!”… “ik zal je moeten ontslaan omdat je te veel ziek bent”.

        Deze uitspraak liet me onmiddellijk denken aan één van de vragen die hij gesteld had tijdens
        het sollicitatiegesprek. “Bent u een zieklelijk persoon?” waarop ik uiteraard “NEEN”
        antwoordde.




                                                                                                                  83
   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89