Page 82 - Inleiding
P. 82

Memoires’ van Marc Spandel (Deel 1: de werkvloer)

        Hoofdstuk: 20 De ‘bevriende’ RVA-bediende :  Filiko ( 1977 -> ).


        Opnieuw zat ik plots in een situatie dat ik volgens de RVA geen recht kreeg op werklozensteun
        zolang ik niet al mijn verlofdagen had opgenomen.
        Het was dus dringend op zoek naar een nieuwe job als lasser en daarbij zou ik geholpen
        worden door de RVA.

        Het werd een ‘typisch’ sollicitatiegesprek bij de werkgever van een klein bedrijf (pakweg 20
        mensen), dat dringend een gespecialiseerd lasser nodig had voor zijn werkplaats om de
        ‘competenties’ van zijn personeel te kunnen gebruiken voor het binnenrijven van opdrachten.


        “Het is hier één familie… we noemen elkaar bij de voornaam en u mag ook mij met de
        voornaam benoemen… géén zwartwerk of overuren… respect voor een goed lasser… eerlijk en
                                                                    e
        rechtvaardig t.o.v. personeel, alle sociale rechten, 13  maand, genoeg verlofdagen enz.”

        Enig probleem was de loonkost, en daarvoor had de RVA een trucje bedacht om deze
        werkgever van dienst te kunnen zijn met een ervaren stielman.

        Ik kreeg een contract van ‘individuele opleiding tot lasser’, waarbij de werkgever een klein deel
        van het loon moest betalen en de RVA (overheid) de rest zou bijleggen.
        Dit is een smerig zaakje, maar de RVA bediende verplichte me om dit contract te aanvaarden
        anders zou ik géén werkloosheidsvergoeding krijgen.
        Dus… in kon niet anders op dat moment en ondertekende dit contract.

        RVA content, werkgever content, en ik niet content maar wel terug een inkomen (deze keer als
        ‘leerling’ lasser).


        In tegenstelling tot de mooie verleidelijke praatjes tijdens het sollicitatiegesprek, gedroeg ook
        deze werkgever zich totaal anders… eenmaal hij mijn handtekening onder dit contract had
        afgesnoept.
        Ik kwam tot de ontdekking dat ik de énige arbeider was die in een vakbond was ingeschreven.
        De rest mocht– én durfde- dit niet uit schrik voor ontslag, wat ik al verdacht vond.


        Tja, dacht ik, hier komt miserie van.






                                                                                                                  81
   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87