Page 20 - De Koo en de donkere gangen.
P. 20
De Koo en de donkere gangen.
Wat een klokkenspel was, dat had hij al geleerd, maar van een
vaginakasteel had hij nog nooit gehoord natuurlijk.
“Er bestaat dus mogelijk leven na de dood!”
Deze laatste gedachte flitste door de Koo zijn brein, net vóór dit gewist werd
door die grote magneet in die derde overgangstunnel.
Het volgende moment waren de meeste herinneringen en gedachten uit de
Koo zijn brein verdwenen en van het leven in een klokkenspel kon hij zich niets
meer herinneren… enkel zijn naam!
Tijdens het passeren van die rare geheugen-wissende magneet volgde een
bewusteloosheid. Tijdens die bewusteloosheid werd ook een soort robotten-
systeem gepasseerd dat zich moest gesitueerd hebben tussen die magneet en de
roze poort, en dat hem fysiek een beetje aanpaste om het nieuwe leven in te
gaan.
Nadat hij uit die bewusteloosheid wakker werd moest hij vaststellen dat hij
proper was gewassen, nieuwe kleertjes had gekregen, en aan het einde van zijn
staartje was een zwemvin geplaatst. Zijn staartje zelf was enorm gespierd
geworden.
Van heel deze verandering had hij totaal niets gemerkt!
Het enige wat de Koo niet kon zien was, dat zijn naam nu ook op zijn voorhoofd
getatoeëerd stond.
Er wordt verondersteld dat een kanonschot gepaard gaat met een luide
knal, maar dit was hier niet het geval. Er was slechts een ‘PLOP’ te horen aan
het einde van die donkere gang.
Dan viel de Koo, die samen met een groep op hem gelijkende maatjes in een
soort gelatinepudding zat, met pudding en al in een roze grot.
Toen besefte de Koo nog niet dat hij gewoon veranderd was van eigenaar en dat
hij door zijn aardse vader als geschenkje werd doorgegeven aan zijn aardse
moeder, waar hem een nieuw avontuur met hindernissenparcours wachtte.
Voor de Koo was het gewoon een roze grot, en hij hoopte dat het een
aangenaam nieuw leven zou worden.
De derde donker tunnel was gepasseerd…
Zo even rondom gekeken en ja, het ziet er hier gezellig uit vond de Koo.
Lekker warm badje, roze gloed, maatjes om mee te spelen… de omgeving rook
wel wat naar een mosselbank, maar aangezien de Koo zijn reukzin niet erg
ontwikkeld was, zou deze aanpassing voor hem niet zo moeilijk zijn.
20