Page 52 - Inleiding
P. 52
Memoires’ van Marc Spandel (Deel 1: de werkvloer)
Zonder dat ik het besefte was ik (hardhandig) hun rechten als arbeider en ook hun
mensenrechten (vrije meningsuiting) met de voeten aan het treden. Ik wist toen niet beter en
heb spijt van mijn toenmalige houding.
Ik was razend kwaad op de rijkswachters die waren opgeroepen om voor deze werkwilligen
(hardhandig) een doorgang te forceren.
Ik stond tijdens zo’n ‘piket’ aan de poort op de tweede rij achter Jan Cap (de beste délégué die
ik ooit gekend heb), toen deze een slag van een matrak op zijn hoofd kreeg. Ik hoorde het
‘kraken’. Sindsdien is die mens verder door het leven moeten gaan met een scheef geslagen
oogbal.
Ikzelf riep tegen de rijkswachters dat in mijn karateboekje stond dat ik karate mag gebruiken
als zelfverdediging voor mezelf, mijn familie en vrienden.
“Dit zijn mijn vrienden, en als je hen aanraakt mag ik karate gebruiken tegen jullie, om hen te
beschermen!”. Toen naderde een grote struise rijkswachter.
Met de ene hand nam hij me bij de keel en met de andere hand pakte hij mij letterlijk bij mijn
ballen. Zo duwde hij mij met geweld achteruit tot op het voetpad met de woorden. “Als je hier
een voet af zet vlieg je direct de bak in!”. Ik was verstomd door die reactie en kwam dus niet
meer van dat voetpad.
Later in mijn leven besefte ik dat ik als ik zou staken, ik er persoonlijk een reden voor zou
moeten zien, en niet alleen omdat ‘derden’ zoals een ‘vakbond’ vinden dat er volgens ‘hen’
een staking nodig is. Mijn besluit werd later “Ik beslis ZELF of ik staak of niet!”.
51