Page 221 - Inleiding
P. 221

Memoires’ van Marc Spandel (Deel 1: de werkvloer)

        Ik heb dit geweigerd zolang er géén mensen van de veiligheid waren geweest om de
        toestand te evalueren.

        De FINA- verantwoordelijke antwoorde daarop dat hij ‘verslag’ had opgemaakt en dat alles
        direct terug dicht moest.
        Ik vroeg om dat ‘verslag’ te lezen om het dan wel of niet te tekenen voor waarheid.
        Antwoord: “Uw baas zal dat wel tekenen!”.

        Toen ik de FINA- verantwoordelijke opmerkzaam maakte op het feit dat we door zijn schuld
        konden dood geweest zijn was zijn antwoord : “Ge moet u daar toch niet zo druk over
        maken, ik ben 5 jaar geleden ook al eens ontploft en ik sta hier toch ook nog. Trouwens ik
        heb nog een collega die hier kreupel van geworden is.”


        Dit zijn uitspraken van iemand die niet inzit met andere levens zolang hij er zélf niets aan
        overhoud.
        Uiteindelijk NADAT “de veiligheid” op onze vraag was langs geweest, moesten we de kranen
        terug in hun oorspronkelijke toestand brengen en de FINA- verantwoordelijke was hier
        duidelijk gehaast voor… het kon niet rap genoeg gaan. Hij hielp zélf verwoed mee!

        Was het gas zó gevaarlijk ??? of… riskeerde hij ontslag als zijn onverantwoord gedrag
        uitkwam???

        Ongeveer 10meter onder ons hadden collegae safety- valves (veiligheidskleppen) moeten
        wegnemen. Uit de geopende leidingen spoot gas!
        Hadden zij per ongeluk één slag met de hamer gegeven en was hierdoor een vonk ontstaan
        en hadden er mogelijks een aantal ontploffingen en doden geweest.
        OOK DIE LEIDINGEN WAREN NOG NIET VRIJGEGEVEN!


        Goed wetend dat er aan die toren maar mocht gewerkt worden nà de vrijgave er van, vroeg
        mijn baas ook die dag nog om overuren te maken.
        Mijn antwoord: “GEEN UUR!”.
        Hij vroeg waarom niet? Ik hem antwoordde dat dit wegens de onmenselijke en
        onverantwoorde manier van werken was.
        Die ‘slimmerik’ kon dit blijkbaar niet snappen en aan zijn gezicht te zien was hij duidelijk

        ontevreden over die weigering.






                                                                                                                 220
   216   217   218   219   220   221   222   223   224   225   226