Page 230 - Inleiding
P. 230

Een NMBS-delegatie en haar feestgedrag.



                      Een groepje van de misnoegde collegae spraken mij dus aan, en ze gaven
               van zichzelf toe dat ze om bovenstaande redenen niet zélf durfden reageren.

               Ze vroegen mij of ik een ‘bepaalde’ actie tegen dit feestje wou uitvoeren,
               omdat ‘ze wisten’ dat  het toch niet lang meer zou duren dat ik ontslagen zou
               worden dankzij mijn miserie met de pesters op de werkvloer, de planning, en
               boven.
               Het zou volgens hen, omdat ik sowieso zou ontslagen worden, toch geen
               verder kwaad meer kunnen voor mijn persoon, moest ik de actie
               ondernemen…
               Ze drongen er uitdrukkelijk op aan, dat er iets moest gedaan worden aan de

               onrechtvaardigheid dat de bazen een ‘drankverbod’ oplegden aan het
               personeel in de werkplaats, maar dat de bazen die dit drankverbod oplegden,
               zélf het ene drankfeestje na het andere organiseerden.

                      Deze oprechtheid van het groepje, en aangezien bij het groepje geen
               pesters waren maar enkel goede collegae met eerlijke menselijke gevoelens, én
               aangezien ik de door hen voorgestelde actie inderdaad een ‘goede’ actie vond,

               besloot ik om onmiddellijk voor hen in de bres te springen. ’t Zit er nu eenmaal
               in gebakken, dat ik in de bres spring voor anderen als bepaalde grenzen
               worden overschreden.

                      Dit groepje brave collegae hun voorstel was, dat ik in naam van het
               personeel op de werkvloer, via de telefoon aan de ingang van de werkplaats,
               de arbeidsgeneesheer van het geneeskundig centrum van Antwerpen, de vraag
               stelde “… om een controle op dronkenschap te komen doen op de burelen van

               de tractiewerkplaats, omdat ze daar al uren aan het feesten waren en de drank
               er rijkelijk vloeide.”.

               Op mijn vraag of ze het juiste interne telefoonnummer wisten, heeft dat
               groepje collegae het juiste nummer opgezocht en mij overhandigd.

               Het telefoongesprek:

               Eerste contact was de verpleegster.

               Ik: “Hallo, het is om u te melden dat er op de tractiewerkplaats Antwerpen
               Noord in de burelen een feestje aan de gang is wegens het 25-jarig huwelijk van
               één van hen. In naam van mijn collega’s moet ik u vragen om een alcoholtest te
               komen afnemen.”

               Zij: “Wie bent u a.u.b.?”

                ________________________________________________________________
                                                                   De pesters van het spoor           230
   225   226   227   228   229   230   231   232   233   234   235