Page 228 - Inleiding
P. 228

Een NMBS-delegatie en haar feestgedrag.

                              Voorbeeld: Een begrafenis die ik meegemaakt heb…

                      Een NMBS-collega (rangeerder) uit onze werkplaats had zelfmoord
               gepleegd. De juiste toedracht kende ik niet, maar ik heb wel gezien dat die

               jongeman, waarschijnlijk vanwege zijn uiterlijk dat deed denken aan het
               groepje ‘Get Ready’, meer met het vernederende “strandjannet” werd
               aangeroepen, dan met zijn eigen naam of voornaam.

                      Ik herinner mij dat deze jongeman zijn best deed om zijn werk naar
               behoren uit te voeren en voor zover ik hem kende heeft hij zich steeds goed
               gedragen t.o.v. de collegae.
               Als je collegae je gans de dag aanroepen met “strandjannet”, eventueel met

               bijhorende gebaren, en dit jaren volhouden, dan is het normaal dat er iets
               ‘knapt’ binnen in je, en uit eigen ervaring voel ik dat de manier waarop hij door
               de ‘collegae’ behandeld werd, ook wel een percentje moet meegespeeld
               hebben in de beslissing om zichzelf van het leven te beroven.

               02/06/2003

                      Ongeveer twee dagen na de dood van die jonge collega, kwam zijn vader
               in de werkplaats om de persoonlijke eigendommen van zijn juist gestorven
               zoon op te halen.
               Er was ‘boven’ juist een ‘bureelfeestje’ aan de gang en die arme intrieste vader
               dwaalde rond op werkplaatsniveau aan de burelen van de planning enz. Hij
               zocht hulp, maar aangezien het ‘bureelfeestje’, was er geen enkele
               verantwoordelijke in de werkplaatsomgeving en op ‘de planning’ te vinden om
               hem op te vangen natuurlijk!

               Daarom sprak ik de man aan en ik vroeg of hij iemand zocht. Hij vertelde mij
               dat hij de vader was van de overleden jongen en dat hij de persoonlijke
               bezittingen kwam ophalen…

                      Ik toonde de arme man de weg naar ‘boven’ en de burelen van de
               directie, in de hoop dat Guy Bl. of een andere verantwoordelijke daar aanwezig
               was om deze trieste zaak te regelen.

               In mijn achterhoofd dacht ik toen nog “aiaiaiai… als die ongelukkige vader ziet
               dat ze daar aan het feesten zijn in plaats van in de rouw te wezen wegens een
               gestorven werknemer/collega…”
               Daarna heb ik die man niet meer teruggezien.


               ________________________________________________________________
                                                                  De pesters van het spoor           228
   223   224   225   226   227   228   229   230   231   232   233