Page 238 - Inleiding
P. 238

Memoires’ van Marc Spandel (Deel 1: de werkvloer)

        Hoe ontstond dit soort hoogmoedigheid in een overheidsbedrijf toch?
        Wel… Enkel de werknemers die op de onderste treden stonden waren géén baas, en dat geldt

        meestal voor ‘contractuelen’ en (minder intellectuele) ‘statutairen’. In deze context zijn het ook
        meestal alleen de mensen die op de laagste treden stonden, die eigenlijk ‘werkten’ in de zin
        van het woord.

        De ‘statutairen’ die op de onderste treden stonden kregen wel de ‘kans’ om hogerop de ladder
        te kruipen, maar dan op voorwaarde dat ze het maffiaspelletje meespeelden.
        Daarvoor konden ze meedoen aan ‘examens’ waarvoor ze konden slagen en falen, al dan niet
        met behulp van een omgekochte baas, vriend of familielid die hogerop de ladder stond.
        Was je geslaagd… dan mocht je op een hoger hiërarchisch trapje gaan staan, moest je minder

        hard werken, kreeg je hoger loon en eventueel een bediendenfunctie of als er geen
        bediendenfunctie vrij was, werd er wel eentje voor jou ‘gecreëerd’.

        Eenmaal op een hogere trede geraakt, werden alle mensen die op een lagere trede stonden als
        ‘ondergeschikten’ beschouwt die op hun beurt alle mensen hogerop op de hiërarchische
        ladder moesten beschouwen als een ‘baas’.

        Vandaar dat je een systeem van meer ‘bazen’ dan werkvolk opbouwde en zich zoveel mensen
        hoogmoedig voordeden als ‘baas van enz.’

        Statutairen konden ook letterlijk ‘profiteren’ van een systeem dat toeliet om ‘overplaatsing’
        aan te vragen naar een andere werkplaats of dienst.
        Als ze zo’n aanvraag hadden ingediend, dan moest hier binnen x- maanden aan voldaan
        worden, maar aangezien er niet altijd op de aangevraagde post zomaar een ‘plaatsje’ vacant
        was kon dit MEESTAL onmogelijk binnen de reglementair vastgelegde periode gebeuren!


        Géén probleem, de betreffende NMBS- reglementen zorgden er dan voor, dat je dan als
        ‘statutaire’ in dit geval recht kreeg op een (ferme)financiële maandelijkse netto-
        schadevergoeding bovenop je loon, zolang je niet overgeplaatst was.
        Bij ‘zo’n reglementering moet je dus niet verschieten dat zowat alle statutairen een
        ‘overplaatsing- aanvraag’ lopen hadden hé!
        Als er 200 ‘aanvragen’ zijn, en deze moeten wachten tot er één plaatsje vrij komt op de

        gevraagde dienst… dan kan het jààààren duren voor dit eventueel gebeurt en kan je dus ook
        jààààren aan een stuk een ‘extra’ maandelijkse vergoeding opstrijken, goed wetende dat je hier
        in feite geen recht op zou mogen hebben.




                                                                                                                 237
   233   234   235   236   237   238   239   240   241   242   243