Page 117 - HOOFDPERSONEN IN DE ZAAK DE LAERE
P. 117

In 1948 werd het onderzoek tegen De Laere hervat en in 1950 werd verdachte tot levenslang
             veroordeeld, niet op grond van materiële bewijzen (die waren niet voorhanden), maar enkel op
             grond van zware vermoedens, voortspruitende uit de feiten : dat zijn keurig opgesteld alibi
             teniet werd gedaan door zijn vroegere vriendin ; dat men in zijn kolenkelder een bijltje had
             aangetroffen, dat misschien wel als wapen der misdaad gebruikt zou kunnen zijn ( zekerheid
             hieromtrent bestond niet bij de deskundigen) ; en dat de huissleutel, die na de moord verdwenen
             was, een drietal weken nadien ontdekt werd onder een tapijt van de slaapkamer nadat De Laere er
             de meubels had uitgehaald die hij van zijn aangetrouwde tante geërfd had.
             Een vorig huisonderzoek had uitgewezen dat de sleutel daar vroeger niet lag. Wat lag er meer
             hand dan te beweren dat De Laere die sleutel daar verstopt had ?
               Het feit alleen dat De Laere zijn onschuld niet kon bewijzen als twee en twee vier is, werd hem
             noodlottig.
             Met zeven stemmen tegen vijf verklaarde de jury hem schuldig aan doodslag op Jeannette
             Standaert. Het Hof van Assisen sloot zich bij deze geringe meerderheid aan en veroordeelde
             beklaagde tot levenslang. Altijd heeft Frans De Laere volgehouden dat hij onschuldig was.

                                                Nieuwe feiten.

             Frans De Laere legde zich echter niet bij deze veroordeling neer en een drietal jaren geleden
             verzocht hij om verbreking van het arrest van het Assisenhof van Oost-Vlaanderen op grond van
             nieuwe feiten. Het Hof van Cassatie te Brussel verklaarde de vraag ontvankelijk en gelaste op
             2 october 1955 het Hof van Beroep te Gent om een onderzoek in te stellen aangaande de
             gegrondheid en de ernst van de nieuwe motieven.
               Met dit onderzoek werd verleden maandag een aanvang genomen.
             Wanneer het Hof van Beroep heeft uitgemaakt dat de nieuwe feiten werkelijk steekhoudend zijn en
             het geding een andere wending kunnen geven (en het Hof zal wel niet anders kunnen), dan zal het
             Hof van Cassatie te Brussel het arrest verbreken en De Laere zal voor een nieuw Assisenhof
             moeten verschijnen, dat zijn veroordeling : ofwel zal bekrachtigen, ofwel hem vrijspreken.
               Zou het bewaarheid blijven dat in het proces van 1950 er zekere leemten bestaan ? We kunnen
             moeilijk aannemen dat de gerechtelijke instanties dergelijks niet tot in het diepst zouden onderzocht
             hebben. Wel is het menselijk dat bepaalde zienswijzen een zekere afleiding hebben geschept. Laat
             ons het verder onderhoor afwachten om een zuivere waarheid te weten.

                                                Zwakke argumenten.

             Frans De Laere werd veroordeeld op grond van zwakke argumenten.
             Vooreerst hebben wij de geschiedenis van het bijltje. Een commissie van drie deskundigen was
             aangesteld om hiermee proeven te doen. Slechts twee op de twaalf proeven toonden enige
             gelijkenis met de verwondingen van het slachtoffer. Daarbij deed de verdediging terecht opmerken
             dat het bijltje na vier jaren lang dienst gedaan te hebben om kolen te kloppen al heel wat
             wijzigingen heeft kunnen ondergaan, zodat uit de proeven niets meer kan opgemaakt worden.
             Bovendien bracht het microscopisch onderzoek geen enkel bloedspoor aan het licht. Ook moeten
             slechts twee van de drie aangestelde deskundigen feitelijk het onderzoek geleid hebben.
               Vervolgens is er nog de kwestie van de hulssleutel. die zoals gezegd slechts drie weken na de
             moord gevonden werd. De Laere werd er van beschuldigd deze sleutel verstopt te hebben onder het
             tapijt, toen hij de meubels kwam wegnemen.





                                                                                                          117
   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122