Page 14 - Inleiding
P. 14
De wonderbare wereld der dromen.
We volgden de premiejager die zich wegstak achter de struiken en wij kropen ook achter die
struiken, maar ja… we stonden daar met zo’n 6 mensen achter die struiken te loeren naar de
oprit en onze gezichten vielen op tussen die opzij geschoven takken. De klanten keken raar op
tijdens het passeren en de ‘blokjespakker’ zag natuurlijk ook dat we op de loer lagen om hem
te betrappen.
Na een halve dag loeren en vervelen, was er dus nog niets interessant gebeurd, en toen viel
onze cent dat dit kwam omdat we zo goed zichtbaar waren.
We besloten dus maar om de ‘premiejager’ alléén en goed verdoken achter die struik te laten
om zijn taak te kunnen uitvoeren. Zélf gingen we dan maar eens gewoon winkelen in die zaak.
Ik bleef echter binnen in die winkel vanuit een venster de oprit in de gaten houden, en ‘plots’
kwam er iemand zachtjes de oprit opgeslopen… pakte het blokje en draaide zich snel om, om
terug richting straat te lopen.
Ik riep tegen de anderen in de winkel “Ik heb hem… ik Heb hem…”, sprong door de deur buiten
liep naar de ‘blokjespakker’ en sprong op zijn rug om hem te vangen.
Die man was bijna twee meter groot en woog zeker 150 kg…. een beer van een vent zoals ze
zeggen.
Je kon aan zijn gezicht zien dat hij mentaal gehandicapt was.
Die gast stapte gewoon verder met mij alsof ik een pluimpje was dat aan zijn nek hing.
Ik bleef hard roepen “Help me… pak hem!”.
Op dat moment kwamen mijn vrienden én de premiejager op de ‘blokjespakker’ gesprongen
en konden we hem met ons zessen tegen de grond werken, de politie opbellen en de man
uitleveren.
Aangezien zijn zichtbare handicap werd hij ook zachtaardig afgevoerd naar een psychiatrische
instelling en waren de stad en haar handelaars verlost van de ‘blokjespakker’
Droom gedaan!
13