Page 112 - Inleiding
P. 112
Memoires’ van Marc Spandel (Deel 1: de werkvloer)
Met dit doktersbriefje ging ik een klacht neerleggen bij de rijkswacht voor “SLAGEN EN
VERWONDINGEN’ tegen de agressieveling én tegen de werkgever die hem hiertoe aanzette.
De volgende dag kreeg ik van de rijkswacht die ook een copy had gekregen van de
‘mededeling’, de vraag of ik mijn klacht wilde uitbreiden met ‘EERROOF’, en ik ging hiermee
volledig akkoord.
Ik kreeg ook de raad om mij een goede advocaat aan te schaffen voor het proces.
Ik dus wat mensen gevraagd of zij in Sint-Niklaas een goede advocaat kenden, en enkelen
raadden mij de volgens hen ‘beste’ advocaat aan. Als onervaren persoon betreffende
advocaten vertrouwde ik op deze info, en ik maakte een afspraak met die man voor een
onderhoud op zijn kantoor.
(Toen wist ik nog niet dat zijn zoon een belangrijk jobke had veroverd bij de RVA.)
Het onderhoud verliep prima. De advocaat won mijn volledige vertrouwen en vroeg het ei uit
mijn gat wat betreft mijn intenties voor het proces dat ik wou voeren tegen Dubois.
Het gesprek heeft ongeveer een uur geduurd en het resultaat van die ‘betrouwbare’ advocaat,
die nu wist hoe ik de zaak wou aanpakken was de volgende verklaring:
“HET SPIJT ME U TE MOETEN ZEGGEN DAT IK EIGENLIJK DE ADVOCAAT BEN VAN DE
TEGENPARTIJ EN U DUS NIET KAN HELPEN !”
Ik kreeg rode oortjes van dergelijk smerige advocatentruc en u begrijpt dus dat ik als
slachtoffer op slag alle vertrouwen in advocaten en co. verloren was.
Dit was dus eens letterlijk ‘De advocaat van de duivel’ geweest waarbij ik onbewust was gaan
biechten!
Ik was genoodzaakt om dan maar de eerste de beste advocaat te nemen die ik kon vinden.
Uiteindelijk werd ik onwettig ontslagen en er liepen dus processen voor de rechtbank met de
volgende elementen.
- Diefstal van (zogezegd) technische documenten (van werkgever tegen mij).
- Slagen en verwondingen door een collega en werkgever (van mij tegen de daders).
- Eerroof door de werkgever (van mij tegen de werkgever).
- Onwettig ontslag door werkgever (via de juridische dienst van de vakbond).
111