Page 101 - Inleiding
P. 101
Memoires’ van Marc Spandel (Deel 1: de werkvloer)
Deze mededeling op groot formaat (de achterkant van een blauwdruk van een technische
tekening) werd aan de ingangsdeur van de werkplaats, opgehangen aan het venster van het
bureel van de meestergast.
Iedereen moest dit ‘document’ van de meestergast eerst lezen, en mocht pas daarna de
werkplaats betreden! De meestergast gaf hierbij de nodige ‘uitleg’ over de ‘nadelige gevolgen’
die hen te wachten stonden.
Dit is typisch gedrag voor een psychopaat… iemand schade doen berokkenen of uit de weg
laten ruimen door mensen die niet dieper nadenken en/of financieel gechanteerd worden.
Als een psychopaat in zo’n opzet lukt, dan kan deze achteraf zijn handen wassen in onschuld en
de ‘schuld’ uiteraard op de ‘daders’ steken die hij nadien voor de schone schijn kan ontslagen
als ‘straf’.
Hier volgt de uitleg over de redenen die tot mijn klacht hebben geleid.
De emmer van machtsmisbruik liep op een bepaald moment over en deed me besluiten dat
het nodig was dat ik deze werkgever eens op zijn vingers liet tikken door de vakbond.
Ik maakte een afspraak met de vakbondssecretaris voor een degelijk gesprek, en deze vond het
ook nodig dat er met deze werkgever eens een goed onderhoud kwam over het doel van een
arbeidsreglement en de rechten van de werknemers.
Mijn cent viel pas na enkele minuten over de (levens)gevaarlijke situatie die de werkgever
geschapen had, want ik verschoot van de plotse vijandelijke en hatelijke blikken die álle
collegae mij met vurige ogen toewierpen zónder woorden!
We waren tot dan allemaal goede vrienden en van het ene moment op het andere werd het
ALLEN tegen ÉÉN! Allemaal dankzij die ‘mededeling’…
Wat mij van in het begin opviel was het feit, dat er meerdere ‘lafaards’ werkten die jaloers
waren ten opzichte van elkaar, als de andere een mooiere opdracht kreeg, of méér zwarte
overuren mocht presteren.
Er stonden er zo drie met hun werkbank vlak naast elkaar. Mijn werkbank stond meestal
rechtover hen en het was grappig om te zien hoe ze elkaar mondeling voor alles en nog wat
konden verwijten. Als de middelste zijn linkse opponent niet de baas kon, kreeg hierbij
regelmatig hulp van zijn ‘maatje’ wiens werkbank aan zijn rechterkant stond en waarmee hij in
zijn privé leven ook goed bevriend was.
100