Page 261 - Inleiding
P. 261

Memoires’ van Marc Spandel (Deel 1: de werkvloer)

        Als hij op een of andere wijze zichzelf de hemel wilde prijzen als de beste, slimste, veiligste enz.
        werkplaatsleider (om promotie te bekomen)… kon hij daar X- handtekeningenlijsten van het

        onbewuste personeel bij hangen om dit te ‘bevestigen’!
        Wilde hij een mondig personeelslid wegwerken via valse beschuldigingen… dan kon hij er ook
        handtekeningenlijsten aan hangen ‘als bewijs’ dat zijn leugens voor waarheid ‘bevestigd’
        werden door de hiervan onwetende ondertekenaars.

        Hij deed het verhaal van een collega werkplaatsleider die in zijn werkplaats een dodelijk
        ongeval had gehad waarbij een personeelslid geëlektrocuteerd werd, en dat de betreffende
        werkplaatsleider hiervoor werd verantwoordelijk gesteld wegens het niet toepassen van de
        veiligheidsregels.

        Na een klacht van de nabestaanden moest deze werkplaatsleider voor de rechter verschijnen.
        Hij moest schadevergoeding betalen en hij kreeg zelf gevangenisstraf!
        Tja…
        Maar wat had die werkplaatsleider eerst geprobeerd?
        Administratief ‘geregeld’ dat dit slachtoffer ‘officieel’ ziek was en niet aanwezig op zijn werk, de
        dag van het dodelijk ongeval…

        Zo kon hij niet ‘verantwoordelijk’ worden gesteld dacht hij!

        Mijn grote baas wou zich naar eigen zeggen tegen dit soort ‘mogelijke straffen’ beschermen
        door misbruik te maken van ‘blanco’ handtekeningenlijsten waarmee het personeel zou
        ‘bevestigen’ dat ‘HIJ’ niet verantwoordelijk was en dat ‘HIJ’ alles in het werk had gesteld om
        ongevallen te voorkomen!

        Ik weigerde dus verder om mijn ‘persoonlijke’ handtekening te plaatsen en ja… als ze in

        ‘Brussel’ zo’n kruisjes zouden tegenkomen konden deze zich natuurlijk ‘vragen’ gaan stellen hé!

        De schrik zat er dus goed in bij deze psychopaat. Alhoewel hij besefte dat hij wegens zijn
        functie de psychopathische macht op allerlei wijze kon toepassen op zijn ‘onderdanen’, hield
        hij er geen rekening mee dat sommige mensen een zesde zintuig hadden dat al getraind was
        om machtsmisbruik aan te voelen en er zich tegen te verzetten.


        Zijn intimidaties werden t.o.v. mijn persoon dus ‘harder’ om mij tóch maar te doen
        handtekenen op blanco documenten.
        Hij zette zijn directeurs en bedienden in om hem te helpen met zijn criminele afperserijen.




                                                                                                                 260
   256   257   258   259   260   261   262   263   264   265   266