Page 29 - Inleiding

De wonderbare wereld der dromen.

Terugkerende droom 2:
… Ik kon zwemmen als de beste!
In dit soort dromen kon niemand beter zwemmen dan ik!

Een zwembad van 50 meter kon ik met ‘crawlslag’ in pakweg vijf slagen in de lengte
overzwemmen.

De snelheid, en het gemak waarmee ik dit zonder extra inspanning kon presteren ten
overstaan van de andere aanwezige zwemmers is te vergelijken met een straaljager ten
overstaan van een tweedekker die de zélfde afstand moeten afleggen.

Blij dat ik dit kon natuurlijk!
Droom gedaan!

In werkelijkheid kan ik niet zwemmen en zou niet in diep water willen komen zonder geschikt
zwemvest, na de ervaring van een bijna verdrinking (BDE).

Terugkerende droom 3:

… Praktische toepassing van ‘vliegen’.
Tijdens levitaties die ik bij wijze van demonstratie toepaste op een schoolplein of
schoolfeestjes kregen de kinderen die dit wensten, de kans om eens mee te vliegen.
Dan nam ik deze kandidaten één voor één in mijn armen en ging in levitatiemodus.
Dit was zo zwaar fysiek afmattend dat ik dit steeds maar enkele keren na elkaar kon doen.

De hoogte die ik kon bereiken hing ook af van het gewicht van het kind dat meevloog.
Mijn doel was om de dakgoot van het schoolgebouw te bereiken om met het kind een prachtig
uitzicht te geven over het schoolplein, maar zo hoog ben ik weinig kunnen geraken.

Als ik geen extra last meenam op zo’n levitatie, dan kon ik, als ik geluk had, net de dakgoot
bereiken om er bal uit te gaan vissen, maar na zo’n opdracht had ik dan ook weeral de tijd
nodig om terug genoeg krachten op te bouwen.
Droom gedaan!

28