Page 8 - HOOFDPERSONEN IN DE ZAAK DE LAERE
P. 8
3. EEN POLITIEAGENT DIE VOOR HET HUIS VAN DE MISDAAD VERTOEFDE,
WERD NOOIT VERHOORD.
Het was de 17 jarige Richard Van Duysse, zoon van de gemeentesecretaris van Meerdonk,
die omstreeks half vijf de misdaad ontdekte.
Hij was de juwelierszaak van de alleenwonende Jeannette Standaert binnengegaan om zijn
armbandhorloge, welke hij in herstelling had gegeven, af te halen.
Tijdens het onderzoek verklaarde hij ; "Er kwam niemand voor. Ik deed dan de deur nog tweemaal
toe en open, toen de juwelierster gans bebloed uit de tweede plaats kwam. Zij kon niet spreken en
dit ziende ben ik buiten gelopen en heb de agent van politie van dienst voor de Werbestelle
verwittigd."
De kantoren van de Werbestelle waren tijdens de bezetting ondergebracht in een huis gelegen, op
één na, naast de juwelierszaak van Jeannette Standaert. De gewaarschuwde politieagent bevond
zich na een sprong in de winkel waar hij de vreselijk toegetakelde juwelierster ten gronde aantrof.
Van uit de Werbestelle bracht hij dan de Politiecommissaris op de hoogte van de misdaad.
Deze politieagent werd niet geïdentificeerd, nooit verhoord noch met de verdachten geconfronteerd.
En nochtans vertoefde hij op het uur van de misdaad om zo te zeggen voor het huis van de misdaad.
Hij heeft dus ongetwijfeld de dader(s) gezien, wat trouwens bevestigd wordt door een verklaring
van Marie Baumans, de huishoudster van de buur van Jeannette Standaert, die in haar eerste
getuigenis zegt; "Rond 16u20 hoorde ik bij Mej. Standaert gekerm en daarna de stem van een man.
Weinig nadien hoorde ik de bel van de winkeldeur rinkelen en toen zag ik een man, gevolgd door
een vrouw, in de richting van de markt gaan".
Deze personen zijn dus alleszins de politieagent voorbij gestapt.
Marie Baumans die later voor het Hof van Assisen tweemaal als getuige zou opgeroepen worden
- eens onder de naam Baumans en eens onder de naam Bauwens -, is in deze moordzaak veruit de
meest geheimzinnige getuige. Ze wijzigde niet alleen driemaal haar verklaringen, maar werd
bovendien nauwkeuriger naargelang de jaren vorderden.
Haar houding de dag der feiten lijkt zeer zonderling.
Waarom heeft ze Jeannette Standaert geen hulp geboden ? Zij wist toch dat de juwelierster steeds
alleen in huis verbleef !. Het "gekerm", dat zij hoorde, maakte haar wel nieuwsgierig. Ze hoorde de
bel van de winkeldeur rinkelen en zag dan een man, gevolgd door een vrouw, in de richting van de
markt gaan.
Maar daar zou plots haar nieuwsgierigheid eindigen, want ze heeft die personen "niet in het gezicht
bezien !"
Tenslotte dient ook nog gemeld dat Marie Baumans evenmin met de verdachten werd
geconfronteerd, dus ook niet met De Laere, en dat zij in haar tweede verklaring nader bepaalt dat
zij op het ogenblik van de moord "in het spreken goed een vrouw- en een mannenstem hoorde,
doch de stem van Jeannette Standaert herkende ik niet."
8