Page 3 - Bladerboek
P. 3

De verdwenen klokkenluider…


            De lucht boven Sint-Niklaas is zwaar en grijs wanneer Marcos Spandelius, gehuld
            in zijn vertrouwde stofjas, zich bukt over een stuk braakliggend terrein aan de
            rand van de oude Durmesite.
            De plek is vergeten door de meeste stadsbewoners — een vergeten uithoek

            tussen verkrotte gebouwen, waar ooit een florerende papierfabriek stond. Nu
            resten alleen nog ingestorte muren en wildgroei.

            Marcos is hier niet toevallig. Een oude kaart uit een privaat archief in Brussel —
            vol vegen, tekens en met potlood bijgewerkte symbolen — had hem naar dit
            exacte punt geleid.
            Op de kaart: een cryptische vermelding van “uitspraak bij de derde sluis” en een
            markering in de vorm van een oog. Geen enkele officiële bron kon hem uitleg

            geven. En dat betekende meestal één ding: iemand heeft moeite gedaan om iets
            verborgen te houden.

            Hij staat stil. De grond onder zijn voeten voelt losser dan verwacht. Met zijn
            vouwschep begint hij voorzichtig te graven.
            Slechts enkele minuten later klinkt er een doffe tok. Met zijn handen veegt hij de

            aarde weg en onthult een cilindrisch metalen object — ongeveer zo lang als zijn
            onderarm, hermetisch afgesloten met twee roestige doppen.
            Het lijkt op een oude buispostcontainer, maar steviger, alsof het ontworpen was
            om lang te overleven.
            Hij draait de dop los. Een flauwe geur van oud papier en metaal komt hem
            tegemoet. Binnenin zit een zorgvuldig opgerolde lap perkament, stevig gebonden
            met een rood draadje. Hij schuift het voorzichtig open.
            In een nerveuze, haastige handschrift staat:

            "Ze hebben me het zwijgen opgelegd. Zoek de stilte onder de klok."

            Marcos’ hart slaat even over.
            Maar het is niet enkel de boodschap die hem versteld doet staan. Aan de
            onderzijde van het perkament staat een symbool gedrukt in gedompeld
            bronsgroen: een oog, met drie horizontale strepen erboven — het herkenbare
            maar zeldzame teken van een geheime groepering uit de jaren ’70: Ordo

            Silentium.

            Hij herinnert zich vaag een document uit een staatsarchief: deze orde zou
            klokkenluiders geholpen hebben tijdens de Koude Oorlog, maar werd publiekelijk
            als een samenzweringstheorie afgedaan. Wat doet hun teken hier, onder deze
            stad? En waarom lijkt dit bericht geschreven door iemand die in doodsangst
            verkeerde?



                                                                                                            3
   1   2   3   4   5   6   7   8